Hoe je met je kind kunt praten over een terroristische aanslag.

Doel: context bieden om informatie te verwerken en vergroten van gevoel van veiligheid en vertrouwen.

Achtergrond.

Veel ouders zullen zich na de aanslagen in Parijs afvragen hoe ze een balans kunnen vinden tussen informatie geven en beschermen tegen te veel beangstigende informatie.  Wat vertel je wel, wat niet, hoe ga je om met angst? Voordat ik hier onder het kopje “werkwijze” verder op inga, wil ik eerst graag enkele specifieke aandachtspunten bij hoogbegaafde kinderen noemen.

Veel hoogbegaafde kinderen zijn verbaal heel sterk en vaak zijn we gewend om op een meer volwassen niveau met hen te praten dan we met andere kinderen van hun leeftijd zouden doen. In veel situaties is dat precies wat nodig is. Een valkuil bij deze emotioneel overweldigende situaties is dat we ze overschatten in wat ze emotioneel aankunnen. Verstandig kunnen  praten, analyseren en beschouwen betekent nog niet dat een kind de angst die de gebeurtenissen oproepen goed een plek kan geven.

Bovendien zijn hoogbegaafde kinderen vaak heel sensitieve kinderen en kunnen beelden en verhalen extra impact hebben.

Veel hoogbegaafde kinderen kijken op jongere leeftijd naar tv programma’s zoals jeugdjournaal en klokhuis, die eigenlijk voor oudere kinderen bedoeld zijn. Bij neutrale onderwerpen sluit dit goed aan bij hun nieuwsgierigheid om de wereld te begrijpen. Maar als het om emotioneel geladen onderwerpen gaat kan het te heftig voor ze zijn.

Kinderen hebben jou nodig voor hun gevoel van veiligheid. Hieronder volgen aanwijzingen hoe je je kind de context kunt bieden die het nodig heeft en tegelijkertijd kunt bijdragen aan hun gevoel van veiligheid.

Werkwijze.

Zet de tv en sociale media uit.
Scherm kinderen tot een jaar of 14 zo veel mogelijk af van tv-beelden en berichtgeving over de aanslagen. Weten dat er een aanslag is geweest is één ding. Voortdurend beelden/ berichten zien en geconfronteerd worden met angst en gruwelijkheden werkt traumatiserend. Als oudere kinderen toch graag het nieuws willen volgen kijk dan liever naar het jeugdjournaal dan naar het gewone journaal. Maar realiseer je: hoe minder tv en social media hoe beter. Zelfs baby’s die nog geen flauw idee hebben waar het over gaat blijken meer stress hormonen aan te maken als ze geconfronteerd worden met angstige stemgeluiden.

Realiseer je dat je kind jouw emoties overneemt.
Doe wat nodig is om te kalmeren voordat je met je kinderen over het onderwerp praat. Als jij je ontredderd of angstig voelt, neemt je kind dat over. Besteed bewust aandacht aan jezelf kalmeren, zoals bijvoorbeeld: praat met een vriend(in) (zonder dat de kinderen erbij zijn!), doe mindfulness oefeningen, ga hardlopen, volg zelf minder intensief het nieuws of andere berichtgeving enz.
Voorkom dat jij jouw zorgen en angsten spuit waar de kinderen bij zijn. Dit betekent ook dat je deze onderwerpen niet over hun hoofden heen bespreekt/bekijkt in de veronderstelling dat ze het toch allemaal niet horen of snappen. Kinderen pikken ook uit je intonatie en mimiek en dergelijke heel veel op. Je kind zal zich onveilig voelen ook als jij tegen hem zegt dat het wel veilig is.

Wees leeftijd specifiek.

  • baby’s en peuters hoeven helemaal niets mee te krijgen van de gebeurtenissen
  • kleuters liefst ook niet maar als ze dingen horen van anderen zal je in moeten gaan op hun vragen. Kijk liever geen tv met ze want ze kunnen nog geen goed onderscheid maken tussen werkelijkheid en tv-beelden, dus beelden komen enorm binnen. Voor (hoogbegaafde) kinderen met een extra goed voorstellingsvermogen is het extra moeilijk om werkelijkheid en tv-beeld te onderscheiden.
  • Als je verwacht dat je kind het nieuws sowieso van anderen of via de media te horen krijgt (meestal vanaf een jaar of 6, eerder als je kind omringd is door oudere kinderen) is het handiger om het onderwerp zelf ter sprake te brengen.

Vraag je kind wat hij weet.
Vertel niet meteen uitvoerig wat er is gebeurd, ook niet als je kind met vragen komt, maar vraag eerst naar wat ze gehoord hebben en wat ze ervan vinden. Probeer er achter te komen wat hij precies weet en wat hij van jou nodig heeft. Herhaal zijn woorden “Dus Merel zegt dat er allemaal mensen zijn doodgeschoten?” zodat er ruimte komt om te kijken wat hij weet en wat hij nodig heeft.

Geef korte eenvoudige informatie.
Zoals bijvoorbeeld: “Boeven hebben op mensen geschoten en er zijn veel mensen gewond geraakt en dood gegaan. De politie is gekomen en heeft de boeven neergeschoten zodat ze niet nog meer mensen konden doodschieten”.
Wees terughoudend met het delen van gedetailleerde informatie.
Kinderen (ook mondige oudere kinderen) hebben zeker geen gruwelijke details nodig. Ze hebben vooral de behoefte om zich weer veilig te kunnen voelen. Uitgebreid discussiëren over de losgeslagen ellende in de wereld draagt daar ook niet toe bij.
Benadruk de elementen die een gevoel van veiligheid geven, zoals bijvoorbeeld dat daders zijn gepakt.

Geef antwoord op vragen.
Als kinderen naar feiten vragen (meestal oudere kinderen) negeer deze vragen dan niet; dat wakkert vaak de angst alleen maar aan. Geef eerlijk antwoord maar houd je antwoord beperkt en ga niet uitweiden.

Luister en accepteer gevoelens.
Door naar je kind te luisteren en met hem over zijn gevoelens te praten wakker je de angst niet aan, maar help je hem juist zijn angst te verwerken.
Luister naar je kind, knuffel hem en bevestig dat jij er bent en alles voor zijn veiligheid doet wat je kunt.
Respecteer dat ieder kind anders reageert.
De één wil uitgebreid praten en komt keer op keer terug op het onderwerp. Als je luistert en z’n gevoelens accepteert, zal hij op een gegeven moment tot rust komen.
Een ander houdt de boot juist af om niet geconfronteerd te worden met te veel moeilijke informatie. Ook dat is oké. Dit betekent echter niet dat het niets met hem doet en het kan zijn dat hij bijvoorbeeld vlak voor het slapen alsnog met vragen komt. Plan zo nodig wat extra tijd in bij het naar bed brengen, zodat hij met een veilig gevoel kan gaan slapen en rommel bijvoorbeeld nog wat extra tijd in de buurt van zijn kamer rond zodat hij weet dat je er bent.
Als je kind erg bezig blijft met de aanslagen laat hem zich dan ook op andere manieren uiten door bijvoorbeeld een tekening te maken of een verhaal te schrijven over wat er is gebeurd.

Zie de gesprekken met oudere kinderen als kans voor het stimuleren van hun morele ontwikkeling.
Vanaf ongeveer een jaar of 9 kan je doorvragen op wat ze vinden en de gesprekken gebruiken om verder na te denken en te discussiëren over ethische vraagstukken. (Dat is wat anders dan vanuit je eigen emoties, je angst of verontwaardiging breed uit te meten).

  • Hoe denk jij dat terrorisme ontstaat?
  • Denk jij dat er Nederlanders zijn die gewone moslims de schuld geven van de aanslag?
  • ….

Besteed extra tijd aan knuffelen / echt contact en de dingen waar je je dankbaar voor voelt.

Empower je kind.
Uit onderzoek blijkt dat mensen die niet het gevoel hebben bij te kunnen dragen zich hopelozer, cynischer en minder mededogen voelen.
Bespreek met je gezin hoe je kunt bijdragen aan het verbeteren van de wereld:

  • Donor worden
  • Iets aardigs doen voor iemand die zich buitengesloten voelt
  • ….

Tips en valkuilen.

Kies bewust het moment dat je een gesprek over dit soort beangstigende onderwerpen aangaat. Ik dacht dat aan tafel tijdens het eten een mooi moment was, maar dat bleek niet zo te zijn. Mijn dochter had heel andere dingen nodig dan mijn zoon. Door de vragen en overwegingen van mijn dochter te bespreken werd mijn zoon overvoerd met informatie waar hij nog niet aan toe was. Een volgende keer kies ik mijn momenten zo dat ik bij ieder afzonderlijk op hun eigen niveau kan aansluiten.

Bronnen:

Bron: vertaling en bewerking van blog van AHA-parenting.


Geplaatst

in

door

Reacties

2 reacties op “Hoe je met je kind kunt praten over een terroristische aanslag.”

  1. Yildiz van der Zijden avatar

    Dank je wel Marieke.
    Heel helder en duidelijke opgeschreven.
    Fijn om handvatten te krijgen.

  2. Versonnen avatar

    Dank je wel,ik ben een grootouder van een kleinkind dat hoogbegaafd is,, en mijn kleinkind komt soms naar mij met vragen,die ik nu weet te beantwoorden Bonnie