We realiseren ons niet altijd hoe een kind klem kan zitten in een setting die niet goed past; hoe hij zich een ‘alien’ voelt als hij zich niet kan spiegelen aan de ervaringen van anderen en een onbestemd rotgevoel ontwikkelt over zichzelf en/of de wereld.
Sommige kinderen passen zich te veel aan de norm aan en verliezen het contact met wie zij werkelijk zijn. Deze aangepaste kinderen doen zoals het hoort, lijken in eerste instantie goed te functioneren, maar raken hun levensvreugde kwijt, verliezen hun zelfvertrouwen of presteren onder hun verwachte niveau. Buikpijn en hoofdpijn zijn veelgehoorde klachten. Sommigen trekken zich steeds verder terug en voelen zich depressief.
Andere kinderen proberen ruimte te maken voor zichzelf door zich af te zetten tegen hun omgeving in uitdagend, eisend, dwars, recalcitrant, of clownesk gedrag.
Soms zien we dat kinderen zich bijvoorbeeld op school erg aanpassen en zich voorbeeldig gedragen, om vervolgens als ze thuiskomen, hun frustratie af te reageren in woedeaanvallen, pesten of ander negatief gedrag.
Andersom komt ook voor; thuis gedragen ze zich prima, maar op school gaat het steeds mis.
Het zijn signalen dat er nog geen goed evenwicht gevonden is tussen trouw blijven aan zichzelf en invoegen in de samenleving. Er is een bewustwordingsproces nodig. Niet een proces gericht op zich te leren gedragen zoals het hoort, maar een bewustwordingsproces om op een passende acceptabele manier zichzelf te kunnen zijn en zich daarbij gewaardeerd, verbonden en van betekenis te voelen.
Sterk ontmoedigd gedrag van kinderen, of grote verschillen tussen gedrag op school en thuis, kunnen gemakkelijk een negatieve dynamiek oproepen, waarbij betrokkenen tegenover elkaar komen te staan in wederzijds wantrouwen en verwijt.
Dat is jammer. Juist in ingewikkelde, extreme situaties, hebben gezin en school elkaar nodig om alle stukjes van de puzzel bij elkaar te leggen, met elkaar een bewustwordingsproces aan te gaan en gezamenlijk op vriendelijke en vastberaden manier sturing te geven.
Antropologe Dr. Danielle Braun schetst de aanpak van de Masai als inspirerend voorbeeld. Als bij de Masai iemand zich slecht gedraagt, gaan ze met hun hele gemeenschap om die persoon heen staan en lange tijd om de beurt hun waardering uitspreken. Ook koppelen ze de persoon aan wijze anderen, om ze op weg te helpen, oplossingen te zoeken of dingen te leren. In onze Westerse maatschappij zijn we gericht op exclusie; raddraaiers sturen we de klas uit of naar hun kamers. De Masai richten zich op inclusie. Ik geloof daar in.
“Kinderen die zich prettig voelen, doen goed. En andersom: een lastig kind is een ontmoedigd kind.”
Buro Mare stimuleert en faciliteert een constructieve samenwerking tussen school, kind en ouders om samen te ontdekken wat past en waarbij de volwassenen om het kind heen gaan staan om te bemoedigen en richting te geven.