Doel: kind in z’n kracht; tot bloei komen.
Achtergrond.
Om goed te kunnen functioneren is het nodig dat er aan 3 psychologische basisbehoeften wordt tegemoet gekomen (Deci en Ryan). Dit zijn:
- behoefte aan autonomie
Tegemoet komen aan de behoefte aan autonomie betekent niet dat een individu onafhankelijk en zonder rekening te houden met anderen moet kunnen bepalen wat hij wel of niet doet. Ieder individu maakt onderdeel van een systeem en zal daarbinnen moeten afstemmen. Waar het bij ‘autonomie’ om gaat is of iemand kan onderschrijven waar hij mee bezig is. Staat iemand achter zijn bezigheden of levert het bijvoorbeeld gêne op.
Een voorbeeld: Verkeersregels zijn door anderen opgelegd, maar als iemand het nut van de regels inziet en deze kan onderschrijven, botst het niet met zijn behoefte aan autonomie als hij zich aan de verkeersregels houdt. - behoefte aan competentie
Oppervlakkig gezien lijkt de behoefte aan competentie voor hoogbegaafden niet echt een punt van zorg omdat ze vaak bovengemiddeld competent zijn. Toch is het wel degelijk een belangrijk aandachtspunt. Het gaat namelijk niet zo zeer om hoe goed iemand iets kan, maar om het gevoel dat je grip hebt op je werk, dat je iets zult beheersen als je er moeite voor doet, dat je je omstandigheden kunt beïnvloeden.
Als kinderen zichzelf te hoge doelen stellen of als ze zich vervelen op school en niet het gevoel hebben hier iets aan te kunnen doen, zullen ze – hoe competent ze ook zijn – gewend raken aan de gedachte “het gaat me toch niet lukken, wat ik ook doe”
(= geleerde hulpeloosheid). - behoefte aan (relationele of sociale) verbondenheid
Mensen hebben geen klauwen, pantsers of scherpe tanden om zichzelf te beschermen. Vroeger waren we daarom volkomen afhankelijk van onze sociale context om te overleven. Hoewel sociale uitsluiting inmiddels niet meer dodelijk is, zijn we biologisch niet veranderd en zijn we nog steeds zeer gevoelig voor sociale status. Als we sociaal geïsoleerd zijn voelen we ons ongelukkig en werkt niets.
Professor Hans Henrik Knoop bouwt in zijn lezing op de World Gifted Conference 2015 voort op bovenstaande theorie van Deci en Ryan. Hij gaat in op de relatie tussen ‘leren’ en ‘welbevinden’ en hoe je beide kunt bevorderen.
Bij een uitbundig bloeiende plant twijfelt niemand eraan of het goed gaat met de plant. Het is volkomen duidelijk dat er sprake is van welbevinden. Niemand hoeft de plant te vertellen dat hij moet groeien en bloeien, dat doet hij uit zichzelf. De plant probeert geen giraf te worden. Hij doet wat bij hem past en groeit en bloeit. Er is sprake van ‘self-regulated strength-based growth’.
Met ‘self-regulated’ bedoelt hij: voortkomend uit zichzelf; niet opgelegd.
Strength based gaat over ‘doen wat bij je past’, dat wat je goed ligt.
Willen groeien en ontwikkelen komt van binnen uit.
Voor mensen gelden dezelfde principes om ‘tot bloei te komen’.
‘Self-regulated strength based growth’ bevordert een gevoel van welbevinden.
Welbevinden zorgt voor de energie om nieuwsgierig te zijn en te willen handelen. Deze energie maakt dat iemand zich openstelt voor leren en creatieve processen waardoor zijn competenties en creativiteit verder ontwikkelen. En groei bevordert op zijn beurt weer een gevoel van welbevinden.
Kortom: Leren en welbevinden zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.
Hij plaatst dan ook kanttekeningen bij de in onze maatschappij heersende norm van “eerst werken, dan pas genieten”.
Volgens Knoop is welbevinden geen luxe die verdiend moet worden maar een voorwaarde om goed te functioneren.
Knoop noemt 5 elementen die bijdragen aan een gevoel van welbevinden.
- lichamelijke gezondheid,
- positieve emoties,
- betrokkenheid; flow, geheel in iets opgaan,
- betekenis; deel zijn van groter geheel, een doel voor ogen hebben, iets willen bereiken
- sociale verbondenheid
Als kinderen (mensen) deze 5 elementen ervaren tijdens het leren, dan is leren aangenaam, geeft het energie en zijn ze intrinsiek gemotiveerd om te groeien.
Werkwijze.
Alle 5 elementen van welbevinden zijn te trainen en te ontwikkelen. Ieder kind (mens) zal er zelf voor moeten kiezen om ze te trainen/positief te beïnvloeden. Dit is niet af te dwingen. Wel is het zo dat de omgeving de ontwikkeling ervan kan bevorderen of remmen.
Kinderen komen tot bloei in een omgeving die de onderstaande randvoorwaarden voor welbevinden stimuleert/ bevordert.
- Lichamelijke gezondheid bevorder je door te zorgen voor:
- gezonde voeding; voorkom grote schommeling in de glucosespiegel
- voldoende beweging; een paar keer per week sporten heeft een bewezen positief effect op iemands grondstemming
- voldoende slaap
- voldoende hygiëne
- Het ervaren van positieve emoties bevordert het welbevinden. Lekkere dingen proeven, mooie muziek luisteren, een ontroerende film kijken, enzovoort, dragen allemaal bij aan een gevoel van welbevinden. Positieve emoties tijdens het leren stimuleer je door te zorgen voor:
- een goed sociaal klimaat; voldoende contact met vriendjes, bemoedigende positieve sfeer enz.
- schoonheid; mooie vormgeving, prettige inrichting, enz.
- functionaliteit; dingen die je nodig hebt binnen handbereik, niet te lang hoeven wachten enz.
- Stimuleer betrokkenheid / flow.
Ieder spel/computergame of werksituatie waar mensen helemaal in opgaan (flow ervaren) hebben met elkaar gemeen dat ze:
- voorzien in de behoefte aan autonomie (je kunt onderschrijven waar je mee bezig bent)
- betekenisvolle doelen hebben
- duidelijke niet-bureaucratische regels hebben
- flexibele uitdaging bieden
- stimulerende feedback (in plaats van beschamend) geven
- concentratie vergen;
mensen hebben een zeer beperkte aandachtsspanne. Als de aandacht uitgaat naar de de spanning die je voelt omdat je je onveilig voelt in de klas, gaat de aandacht niet meer naar iets anders. Alleen de persoon zelf kan bepalen waar hij zich op concentreert. Dat betekent dat autonomie van belang is. Iemand zal zich alleen concentreren op de dingen waar hij achter staat.
- Zorg voor betekenis.
Als iets betekenisvol voor je is ben je intrinsiek gemotiveerd en ben je gedreven en veerkrachtig. Als jouw kind nog niet kan zwemmen en in het water valt, ben jij zeer gedreven om het te redden en ben je zeer veerkrachtig om obstakels te overwinnen. Je weet precies wat het voor je betekent. Het omgekeerde is ook waar: als iets geen betekenis voor je heeft, ben je niet gedreven en laat je weinig veerkracht zien om obstakels te overwinnen. Zingeving is enorm belangrijk.- het nut ervan inzien;
als je iets goed kunt gebruiken is het vanzelfsprekend dat je het wil leren - goede redenen
als niet meteen duidelijk is op welke manier je het kunt gebruiken, zijn er goede redenen nodig om duidelijk te maken wat het nut is.
- het nut ervan inzien;
- Zorg voor sociale verbondenheid.
- Sociale steun is belangrijk voor welbevinden; besteed structureel aandacht aan erkenning en waardering
- Bied positieve sociale uitdaging
veel mensen vermijden sociale uitdaging omdat ze bang zijn dat het conflicten oplevert. Toch blijkt uit onderzoek een positief effect op welbevinden als je je kunt optrekken aan anderen
Je kunt de lezing beluisteren door op de link van het filmpje te klikken.
Als jij voorbeelden hebt van hoe jij welbevinden positief hebt beïnvloed, inspireer ons door ze met ons te delen in onderstaand reactieveld.
Bronnen:
Bron: presentatie van Hans Henrik Knoop op de World Gifted Conference 2015: “Positive Psychology in Education: How fairness, well-being and performance are mutually depending aspects of future education”.
Reacties
4 reacties op “Hoe je kind gemotiveerd raakt om te leren en tot bloei komt.”
mooi artikel. Mooi dat naast de oerrrbehoeftes “autonomie, competentie en verbondenheid” ook lichaam, schoonheid, goed functionerende en helpende omgeving en gespecificeerd flow zo goed benoemt wordt. En het punt: “niet bureaucratische regels” …wauw…We krijgen en maken steeds meer regels…en alhoewel ze een zekere rust/controle geven omdat we weten waar we aan toe zijn…besteden we steeds meer tijd aan het naleven en controleren van al die regels, terwijl ze soms outdated of een doel op zich zijn geworden ipv een middel. (laten we veel regels weg doen en meer sturen op flow!!! zowel bij onderwijs als zorg als politie als…ehm..overal?)
Maar goed… waar ik welbevinden positief beïnvloed? In mijn vak! Ik geef improvisatietheater aan kinderen en leerondersteuning op een rare manier. Ik geef kinderenin een paar sessies hun eigen stuur weer terug. Ik zeg ze niet wat te doen….ik stel ze vragen, laat ze nadenken, spiegel ze, lach met ze…geef ze een aantal tips en kennis (totaal-overzicht/het waarom van dingen) en….laat ze met veel vertrouwen weer los. Je kunt het!!! En het werkt. Zo kicken!! Kinderen die na mijn theaterlessen durven lachen om hun eigen blunders, ipv schaamte…kinderen die weer zin hebben in school, kinderen die ineens liefdevol zien waarom ze nooit iets van spelling hebben begrepen en nu het licht zien.
Ik heb een mooi vak gekozen! Ik mag mensen positief beïnvloeden. Heerlijk!!
Hoi Etske,
dank je voor je bevlogen reactie. ik kan me helemaal voorstellen dat improvisatietheater en leerondersteuning ‘op een rare manier’ een flinke boost kan geven. Groeten, Marieke
Dag Marieke,
Meer dan eens heb ik jouw nieuwsbrieven aanbevolen aan ouders die worstelen met hun kinderen. Vandaag heb ik het aanbevolen op mijn FB pagina Le Cabinet Maastricht.
Dank voor het delen van de door jouw opgedane kennis en inzichten! Heel waardevol, ik kan daardoor ook ouders weer een zetje geven in de goede richting.
Monique Rosier.
Dank je Monique. Fijn om te horen!